TransUrethrale Resectie van de Prostaat
De transurethrale resectie van de prostaat was, is en blijft een zeer courante ingreep in de urologische operatiezaal. Ze wordt uitgevoerd bij een patiënt met plasproblemen bij wie een prostaatvergroting tot ongeveer 60 gram vastgesteld wordt.
wat gebeurt er precies bij een TURP?
Het instrument (resectoscoop) wordt via de plasbuis ingebracht tot in de prostaat. De plasbuis loopt immers doorheen de prostaat. Eenmaal in de prostaat wordt de prostaat met de snijlis van de resectoscoop in kleine stukjes gesneden. De kleine stukjes noemt men de ‘chips’. Ze worden verstuurd naar de patholoog om een toevalsvondst van prostaatkanker uit te sluiten. Dit pathologisch onderzoek duurt doorgaans een week.
bij een TURP laat men het kapsel van de prostaat ter plaatse
Van deze techniek, de TURP, zijn wellicht zoveel beschrijvingen als er urologen zijn: uitpellen, uitfrezen, uitboren, afschrapen, … . Het komt erop neer dat enkel het binnenste van de prostaat weggenomen wordt, het omhullende kapsel van de prostaat blijft in de patiënt. Het is namelijk enkel het binnenste kliergedeelte dat de urinestraal hindert en niet het kapsel. Dit betekent wel dat na een TURP een jaarlijkse controle op prostaatkanker nodig blijft. In dit kapsel ontstaan immers het merendeel van de prostaattumoren. Controle nadien, met onder andere jaarlijkse PSA-bepaling blijft dan ook nodig ook na een TURP.
Waarom niet ineens ook het kapsel wegnemen ? Welnu, dan voert men eigenlijk een ‘radicale prostatectomie‘ uit. En dat is een operatie voor prostaatkanker waarbij risico op zowel incontinentie als impotentie bestaat.
Soms vindt men toch bij toeval prostaatkanker
Voor mannen waarbij, bij toeval, na een TURP in de prostaatchips, toch prostaatkanker gevonden wordt is dit niet altijd goed te begrijpen. Zij moeten immers vaak zeer strikt opgevolgd worden of bijkomende actieve behandeling ondergaan voor prostaatkanker. Bij vooraf bestaande twijfel over al dan niet aanwezigheid van een prostaattumor, op basis van PSA en/of klinisch onderzoek bijvoorbeeld, zal de uroloog best eerst prostaatbiopsies nemen.
even geduld na een TURP
Bij de TURP wordt de weerstand opgeheven die de prostaat uitoefent op de plasbuis. De blaas ‘weet’ echter niet dat de prostaat geopereerd is en daarom hebben patiënten de eerste weken tot maanden na de operatie vaak nog last van plasproblemen. Dit noemt men irritatieve mictieklachten: de patiënt moet nog steeds, en in de eerste weken soms nog wel meer dan tevoren, erg vaak gaan plassen. Dit betert echter dag na dag en deze periode mag de pas geopereerde patiënt niet al te zeer verontrusten. Het lichaam moet na een operatie nu eenmaal ook de tijd krijgen te genezen. Soms kunnen anticholinerge medicijnen tijdelijk deze last verminderen (oxybutinine, vesicare, detrusitol, …).
Meer en meer bipolaire TURP
De TURP bestaat intussen ook al lange jaren en is dan ook de gouden standaard waar elke nieuwe techniek mee vergeleken wordt. Er zijn reeds veel alternatieve behandelingen gepromoot maar geen enkele heeft de TURP tot nog toe verdrongen uit de urologische operatiezaal.
De bipolaire TURprostaat is echter wel aan een opmars bezig omdat het geen grote meerkost betekent voor de ziekteverzekering.
Soms is de prostaat te groot voor een TURP
Als de prostaat erg groot is qua volume wordt een TURP gevaarlijk. Een grote prostaat moet nu eenmaal in méér kleine stukjes gesneden worden dan een kleine. Dit duurt langer. Het is de duur van de operatie die gevaarlijk kan zijn. Dit omdat er teveel spoelvloeistofstof gebruikt wordt. Een deel van de spoelvloeistof wordt immers opgenomen in de bloedsomloop en dit kan de zouthuishouding van het lichaam verstoren. Met het gebruik van een speciale vloeistof, met name Purisole, wordt het risico echter fors verlaagd. Soms wordt in bepaalde centra nog gebruik gemaakt van glycine-oplossing hetgeen meer risico inhoudt.
Als de prostaat erg groot is voert men eigenlijk best een open prostatectomie uit in plaats van een TURP.